Neem zelf een aantal voorwerpen mee (of verzamel in de school) om de breukentafel te introduceren. 

Laat de kinderen daarna zelf verder zoeken in het lokaal/de school naar voorwerpen. Misschien vinden ze thuis nog andere leuke voorwerpen. Die mogen zij dan meenemen en worden aan de breukentafel toegevoegd!

Na het zoeken in het lokaal/de school, wordt er een ronde gedaan over wat heb je gevonden en welke breuk hoort daarbij. 

Op de tafel zetten we bij iedere voorwerp een kaartje met de bijbehorende breuk. 

Met de groep spreken we een bepaald aantal weken af waarin we gaan oefenen aan een automatiseringsdoel. Bijv. (in groep 4) de komende 7 weken gaan we oefenen met sommen tot 20 met overschrijding. 

We meten klassikaal in 2,5 minuut hoeveel sommen de kinderen kunnen maken. Uit alle resultaten van de kinderen komt een gemiddelde score (bijv. 18 goed). Die noteren we als eerste in de grafiek. Dan gaan we met de groep bedenken wat ons doel wordt voor de komende periode. Hoeveel sommen willen we gemiddeld met de groep goed hebben over 7 weken? Bijv. 25 goed. Wordt het doel al eerder behaald, kunnen we misschien een tweede doel bedenken voor de weken erna. 

Als het doel behaald is, vieren we het succes met de klas d.m.v. een afgesproken beloning. De kinderen vinden het een feestje en zijn ontzettend gemotiveerd. De individuele verschillen zijn verder niet te zien in de grafiek op het bord. Dat is fijn. De kinderen kunnen zelf ook een individueel doel stellen voor de komende periode. 

Handig om te weten: 

30 goed = geautomatiseerd

50 goed = gememoriseerd